Werk in Uitvoering

Iets om in te pakken

17 november 2025

In het dorp is in een pand waar eerst een bouwwinkel zat en toen die weg was, kwam er een kringloopwinkel. Het was er opeens, en alles stond er gelijk vol met spullen. Langs de wanden waren de schappen met serviesgoed. In het midden van de winkel stonden kasten, eettafels en stoelen, salontafels en fauteuils. Achterin de bedden en het witgoed. De man die de kringloopwinkel zo snel en overzichtelijk inrichtte, komt uit voormalig Joegoslavië. Hij spreekt Nederlands, maar gebruikt geen lidwoorden. Ik zocht vier portglaasjes. Er kwamen vrienden op bezoek, we wilden ze een goed glas port schenken. Er stonden vier glaasjes van geslepen glas, Ik zag me er wel port in schenken en nam ze mee. Omdat de boekenhoek daar een schamele vertoning is, liep ik gelijk door naar de kassa. Voor me waren twee jonge vrouwen, meisjes nog, die een grote hoeveelheid aan serviesgoed afrekenden. Er stak een zekere naïviteit in hun optreden.

Ze vroegen de man van de winkel of hij de spullen die ze op de toonbank hadden uitgestald, wilde inpakken. Toen begon een van de meisjes, die met de weelderige en donkere krullen, een praatje aan met hem. Ze vroeg of hij van hier was. En hoelang hij al in deze winkel werkte. De man van de winkel, die ik nooit meer had horen zeggen dan, 'astublieft, dankuwel' en 'totzien', trok een paar vellen papier vanonder de toonbank tevoorschijn. Wikkelde die om een glazen schaaltje, zei dat deze winkel al drieëntwintig jaar zijn winkel is. De jonge dames trokken hun wenkbrauwen op, sperden hun ogen wijdopen.

Aangemoedigd door die ogen vertelde de man verder. Hij was met de winkel begonnen in een plaatsje dicht bij de Duitse grens. Daar had hij altijd meer verkocht dan hier, in dit dorp op de Veluwe. 'Duitsche menschen sijn andéré menschen', legde hij uit. De jonge dames, meisjes nog, wikkelden enkele glazen in papier. Ondertussen was de man van de winkel bij zijn dochter aangekomen. Die had een baby gekregen. Dat hij nu opa was. Hij lachte er bij, mededeelzaam. Er was een foto van hem met de baby met plakband aan de kassa bevestigd. Hij keek ernaar, maar de meisjes volgden zijn blik niet. Een van hen, de kleinste, schoof hem een vaas toe. Of hij die ook wilde inpakken. En of hij ook tasjes had. 

De man van de winkel die nooit tasjes heeft om spullen in mee te geven, toverde meerdere tasjes tevoorschijn, wilde zijn verhaal vervolgen. Op zijn gezicht de uitdrukking van iemand die opleeft bij een luisterend gehoor, niet meer stoppen kan met vertellen. Maar hij misrekende zich.

De meisjes waren met elkaar in gesprek. Of de drie kandelaars, die door de man van de winkel omwikkeld waren met papier, in de ook gekochte soeppan pasten. Ze legden de kandelaars in de pan. Het paste. Toen deden ze de pan in een van de tasje. Waarna ze opgewonden pratend de winkel uitliepen zonder de man te groeten. Hij zag eruit alsof hij iets verspeeld had maar niet wist wat.

Ik schoof voorzichtig, er was hier iets verbroken, mijn vier portglaasjes over de toonbank richting man van de winkel, legde er vier euro bij. Hij pakte het geld van de toonbank, keerde zich naar een man achter hem die een autoradio wilde uitproberen. Ze hadden het over bereikbaarheid, koperdraad die de ontvangst versterkt, en dat een klap op het apparaat ook wel wil helpen. Ik keek naar de vier glaasjes op de toonbank, wachtte op een laatste beetje klantvriendelijkheid de man. Vroeg of hij iets had om de glaasjes mee in te pakken. De man van de winkel legde een krant op de toonbank. Eigenlijk smeet hij die krant erop. Ik keek naar de rug van de man terwijl ik er wat bladen uitscheurde. Wikkelde die om de glaasjes. Het werd een onhandig pakketje dat ik met beide handen de winkel uitdroeg. Dacht aan ontvangst, bereikbaarheid, 'ergens een klap op geven' en het dan weer doen.

 

 

 

crossmenuchevron-down linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram